IFFR jury 2017 – Kaj van Zoelen

Adolescente mannen in volwassen debuut

Volwassen mannen die eigenlijk nog niet volwassen zijn. In Amerika is het bijna een subgenre van de komedie. Van Jerry Lewis in de jaren zestig tot Martin Short in de jaren tachtig tot de komedies van Judd Apatow als Knocked Up. Waren Lewis en Short eigenlijk nog kinderen in grote lichamen, in de films van Apatow (en de films die door hem zijn geïnspireerd) zijn de mannen meer blijven steken in een soort adolescentie. Daan Bakker sluit daar op aan met zijn absurdistische debuut Quality Time maar doet dat met een eigen stijl, visie en gevoel voor humor.

Bakker presenteert in vijf verschillende segmenten vijf mannen die allemaal niet voldoen aan moderne maatschappelijke masculine maatstaven. Hij opent een abstracte animatiescène waarin mensen door kleurige bolletjes worden weergegeven. Hun stemmen zijn zo vervormd dat er ondertiteling nodig is om ze te verstaan. Koen is het hoofdbolletje, die als kind op familiefeesten deed alsof hij dol was op ham en melk totdat hij er zoveel van at en dronk dat hij misselijk werd. Als volwassene gaat hij naar een familiereünie maar valt meteen weer in het oude patroon. Hij kan en wil niet loskomen van verwachtingen van vroeger en blijft in een rol uit zijn kindertijd steken.

Deze openingsscène had een perfecte korte film kunnen zijn en is meteen het stilistische en komische hoogtepunt van Quality Time. Hoewel de vier segmenten die daarop volgen, ook allemaal hun kwaliteiten hebben. Na Koen komt Stefaan, een amateurfotograaf die in de dertig weer terug bij zijn ouders woont. Zijn  pogingen om de plekken uit zijn jeugdherinneringen vast te leggen worden weergegeven zonder geluid. Dialogen verschijnen in beeld als teksten uit een oud 2D computerspelletje, en de cameravoering doet daar ook aan denken.

Stefaan is het beste voorbeeld in de film van arrested development, de volwassen man die de volwassenheid nog niet echt bereikt heeft. Niet alleen omdat hij terug bij zijn ouders inwoont, maar ook op door de manier waarop hij in zijn jeugd blijft hangen door zijn herinneringen na te jagen. Inclusief een zeer grappige en ongemakkelijke scène waarin hij een oude, inmiddels getrouwde vlam weer ontmoet.

Karel is dan weer de sterkste metafoor voor het nog afhankelijk blijven van zijn ouders. Hij werd als kind ontvoerd door buitenaardse wezens en keert nu als een soort menselijke aardappel terug op aarde. Zijn liefhebbende ouders zorgen weer voor hem omdat ze van hem houden, maar ook omdat hij het zelf niet kan.

De episode met Kjell die terug in de tijd reist om zichzelf als kind te zien, in een poging zijn eigendunk op te lappen, is de enige die niet helemaal geslaagd is. Thematisch sluit dit stuk aan op dat van Stefaan. Ook Kjell blijft hangen in zijn jeugd, maar verder dan dat komt dit segment niet echt en nadat het punt al duidelijk is gemaakt duurt het te lang voordat we verder kunnen.

Jef is de enige die niet met zijn eigen jeugd en/of ouders bezig is, op de eerste scène met zijn moeder na. Hij wil graag indruk maken op de familie van zijn vriendin. Alles lijkt hem echter tegen te zitten. In dit meest realistische, minst gestileerde segment van Quality Time zit ook de man die nog het meest volwassen is. Jef faalt er echter op allerlei vlakken zijn volwassen mannelijkheid te bewijzen, van zijn mislukte poging een hut te bouwen voor een neefje in de familie tot zijn onrealistische toekomstplannen als muzikant zonder talent. In die zin hoort hij bij de andere vier mannen in Quality Time. Samen vormen zij een totaalbeeld van de moderne man in de twintig en dertig die nog niet voldoet aan de verwachtingen die de maatschappij aan hun leeftijd en geslacht stelt. Daan Bakker bewijst met dit absurdistische, bij vlagen hilarische portret daarvan echter een veelbelovend talent te zijn die als filmmaker al wel volwassen is.